Bye Bye Sri Lanka - Reisverslag uit Colombo, Sri Lanka van Daan Aldenberg - WaarBenJij.nu Bye Bye Sri Lanka - Reisverslag uit Colombo, Sri Lanka van Daan Aldenberg - WaarBenJij.nu

Bye Bye Sri Lanka

Door: Daan

Blijf op de hoogte en volg Daan

29 April 2011 | Sri Lanka, Colombo

Met het schaamrood op mn kaken zie ik hier het vorige bericht van mij bijna een jaar geleden. Een jaar wat voorbij geschoten is en nu ik dit stukje aan het typen ben tellen de laatste uurtjes alweer af voordat ik het eiland Sri Lanka ga verlaten. Het was een fantastische tijd in Sri Lanka zowel op het werk als in de vrije tijd. Het werk was onder andere zo interessant omdat het heel veel verschillende facetten kende en het is daarom ook het perfecte werk geweest als introductie in de marine/civil wereld. Zo hebben we technische voorbereiding gedaan voor een brug, golfbrekers, kademuren, twee verschillende steigers, plavijzel, verschillende gebouwen en een scheepslift. Samen met de cost control van het project een uitdagende ervaring waar ik gelukkig en na soms belachelijk lange dagen positief op kan terugkijken. Op de dag van vertrek ligt er iig al een prachtig haventje en het was mooi om daar een steentje aan bijgedragen te hebben.

In mn privetijd heb ik genoten van Sri Lanka, niet voor niets de parel van de indische oceaan genoemd! Er is bijna geen weekend geweest dat ik thuis niets gedaan heb en het is dan ook een van de hoofdredenen dat ik zo weinig met mn blog heb gedaan. Sri Lanka was eenvoudigweg gewoon te mooi! De meeste roadtrips heb ik gedaan met Irene, inmiddels offcieel mn vriendin, maar dat zullen de meeste intussen wel weten. De roadtrips die ik gedaan heb gingen bijvoorbeeld naar Kandy, het plaatsje in de bergen waar een grote boeddhistische tempel en een prachtige botanische tuin is te bekijken. Verder heb ik vele weekendjes aan de idylische strandjes in het zuiden gespendeerd zoals het beachparty oord Unawatuna, (dat was een leuke oudejaar) maar ook de wat stillere baaien van Mirissa en Tangalle en Trincomalee, allen paradijsjes! Voor de rest ben ik een keer naar het tropisch regenwoud Sinharaja geweest, het bos van de knuckles range (bloedzuigers!), de theevelden van Nuwara Eliya, het idyllische Ella, mooie tempels rondom Ratnapura, raften in Kitulgala, dolfijnen kijken in Kalpitya, ruines bezoeken uit vervlogen tijden in Polonnaruwa en Anuradnapura, enz enz.. Door de weeks en op vrijdag of zaterdag avonden was er de stad Colombo, niet een stad die ik me zal herinneren als een bruisende en geweldige hoofdstad maar het had zeker sfeer met de vele gigantische tropische bomen, grote koloniale gebouwen en toch ook wel leuke spots om te eten en niet te vergeten een biertje te drinken. Zo zal ik de maandelijkse Colombo Jazz niet snel vergeten op de zondagavonden. Vaak nog brak van de avond ervoor of moe van een roadtrip op de zondagavond op een rugbyveld luisteren naar gave life jazz onder het genot van een biertje. Een biertje was meestal het idee, maar het werden er altijd meer en je ging altijd bezopen naar huis.

Hieronder nog wat trips die ik gedaan heb in de laatste weken en waar ik voor de verandering wel een paar verslagjes van gemaakt heb.


Adams Peak

Afgelopen weekend is het er eindelijk van gekomen Adams Peak te bedwingen, niet dat het overigens zon uitdaging was hoor maar er waren wel twee pogingen voor nodig. Adams Peak moet je snachts beklimmen om na 3 uur trappen lopen rond 6 uur sochtend op de top te komen waar je dan van de zonsopgang kan genieten. Het plan was dan om vrijdag avond om 11 uur weg te rijden, die nacht de peak te beklimmen en dan in een mooi resortje in de theevelden bij te komen de rest van het weekend. Genoeg reden voor het overgrote deel van de geplande groep om niet mee te gaan. Zo gezegd zo gedaan reden we met een beetje vertraging kwart voor 12 colombo uit om na een dollemansrit (herten, posems en wilde zwijnen kruisden ons pad) om drie uur aan te komen in het stadje Dalhoussie. Enthousiast begonnen Ik, Irene, Eline en Alricht aan de tocht naar boven.

Adams Peak is een pelgrims oord voor met name buddhisten maar ook voor andere religies heeft het een zekere waarde. De naam Adams peak komt van Adam die hier door god op aarde is gezet. De buddha heeft er echter de aarde verlaten op zijn weg naar het paradijs getuige de footprint die boven op de top in een tempeltje te zien is. De weg naar Adams peak is een verlichte trap waar honderden zo niet duizenden mensen zich elke nacht naar boven hijsen, 5200 treden lang!

Met een zekere verbazing begint voor ons het pad als een donker bospad maar het houdt ons niet tegen enthousiast verder te lopen. Ik en alricht lopen stevig door en wisselen wat ervaringen over sri lanka uit, de dames volgen een paar honderd meter achter ons en naar mate het doodstille pad maar van adams peak af blijft lopen groeit het verzet van de dames dat we het verkeerde pad hebben genomen maar ik en alricht wilden er niets van weten. De bocht die ons naar het verlichte pad zou brengen zou weldra komen.. Het kwam niet en toen het pad om 5 uur sochtens midden in een theeveld eindigde moesten ook wij gaan toegeven dat we verkeerd zaten. Adams peak, de dollemansrit en de nachtelijke wandeling waren daarmee geheel voor niets geweest. Toch zuur. Alricht en Eline pakten die ochtend de auto terug naar colombo en ireen en ik hebben ons doodmoe naar een prachtig bungalowtje laten brengen aan een adembenemend meer tussen de theevelden. De butler voorzach ons van de lekkerste curries en wilde zelfs savonds een haardvuurtje aansteken. Dit alles om aan te sterken voor poging twee.

Om 1 uur ging de wekker reden we in een uurtje naar Dalhoussie en namen dit keer het goede verlichte en toch ook wel duidelijk aangegeven pad richting de peak. Of je nu blind, doof of wat dan ook bent, je kunt het pad bijna niet missen maar goed.

Na eindeloze winkeltjes met allerhande prullaria begon de tocht echt en de trap richte zich stijl richting hemel, volgens Irene een teken dat we er nu wel bijna moesten zijn, volgens mij het teken dat het nu echt ging beginnen. Het was zwaar, vanwege de temperatuur, de ongelijke treden, de soms wel vieze exotische geuren maar toch ook wel vanwege de honderden zieke en oude boeddisten die zich samen met ons richting buddhas footprint omhoog probeerden te hijsen. (velen hadden een betere conditie dan wij maar ok) Naarmate het einde werd de trap echt stijl en smal en was het een file aan mensen tot aan de top die maar niet kwam. Om iets over zes bereikten we het winderige tempeltje op de top en samen met de duizend buddhisten wachten we op de zonsopgang, die erg mooi maar toch ook niet heel bijzonder was. Wat wel bijzonder was waren al die mensen, arme mensen afkomstig uit de warme tropen ver beneden, die zich geen raad weten met extreme (tussen haakjes) koude waardoor je de gekste hooddeksels ziet, van handoeken tot aan opengeknipte sokken. Toch wel vermoeid en met een paar pijnlijke knieen hebben we de trap toen weer naar beneden genomen en toch ook wel genoten van het uitzicht over dat zo mooie sri lankaanse landschap. Savonds terug in Colombo zijn we nog even naar colombo jazz geweest, het maandelijks terugkerende zuipfestijn om met een biertje te vieren dat Adams Peak afgetikt is van de sri lanka lijst.


Bye Bye Sri Lanka

Anuradnapura en de legendarische A12
Als de driver, de trouwe Wasantha vraagt welke richting hij op moet beloven we een beslissing te maken voor de splitsing een 40 m verder op. Wordt het Noord Sri Lanka of Zuid? Het wordt noord en we zetten koers richting Anuradnapura, de grote culturele stad met talloze overblijfselen van een eens machtig buddhistisch rijk. Ireen en ik zijn al een in Anuradnapura geweest en ik heb ook weinig zin om erover uit te wijden. We willen er enkel ook maar overnachten om de volgende dag verder te gaan naar het noorden. Tijdens de vier uur durende rit eten we met zn drieen bij zon typisch lokaal tentje een egghopper. Een soort van half bol vormig pannekoekje met daarin een ei. Erg lekker en uniek voor Sri Lanka. Het hotel wat we nemen in Anuradnapura ligt midden tussen de ruines en het hotel heeft zich geheel aan zijn omgeving aangepast al is het veel nieuwer. Het machtige grotendeels houten gebouw was ooit van een machtige engelse generaal of iets dergelijks maar de sri lankanen hebben het treurig genoeg sinds dien bijna niet meer onderhouden waardoor het geheel onderhevig is aan een niet meer terug te draaien verval. Ondanks dat ligt het hotel prachtig in een gigantische tuin met reuzen van bomen. Op de vraag of we het ontbijt buiten onder de verranda mogen eten schudt de sri lankaanse ober zijn hoofd. Dangerous monkeys outside! Zeker weten dat de oude engelse heer hier destijds wel degelijk onder deze verranda zijn ontbijtje at met schuin tegen de muur zijn oude dubbelloops die de apen, luipaarden of wat dan ook op afstand konden houden. Dat zijn vervlogen tijden en wij eten ons sri lankaanse ontbijt binnen op een vuil tafelkleedje.

Na een luie ochtend besluiten we richting oostkust te rijden richting Trincomalee. De weg daar naar toe heet de A12 en is dan ook een van de hoofdwegen van Sri Lanka. De naam A12 doet erg denken aan de 3 baans snelweg van Utrecht naar Den Haag maar is daar op geen enkele manier mee te vergelijken. De auto die we rijden is een dikke mitsubishi pickup (Warrior) en dit is ook wel een vereiste over deze weg. Het is niet meer dan 70 km naar Trinco maar de weg is op stukken zo slecht dat je er amper 20 km per uur kan rijden. Op de goede stukken haal je misschien 50 km / uur. De weg gaat voor een deel door de oude frontlinie van de strijd tussen de LTTE en de SLA en het gebied is dan ook erg on ontwikkeld met maar een paar enkele tussenliggende dorpen. Ondanks dat we deze weg al eens in de omgekeerde richting hebben afgelegd is het weer een hele belevenis om er te rijden. De natuur is prachtig. Een grote groep reigers vliegt geschrokken op als we over een open moerasstuk rijden en de waterbuffels kijken al kouwend lui badderend uit het water op naar onze passerende auto. Een groot meer ligt voor ons en de groene heuvels erachter geven in het middagzonnetje een ongelofelijk mooi uitzicht. In de tegengestelde richting komt in de verte een bus aan gedenderd aan de grote stofwolk te zien en de auto wordt even aan de kant gezet om het gevaarte erlangs te laten. Heel gewoon hier in Sri Lanka staat de bus boven aan de voedselketen wat betreft voertuigen op de weg. De bus wijkt voor niets of niemand. Een uurtje verder komt er een dikke pantserwagen uit de ander richting, ook hier stoppen we even voor gezien de grootte van het ding. Samen met de kapt geschoten huisjes even ver herrinerd dit tafreel aan de oorlog die hier heerste en nog steeds is er een zekere spanning voelbaar. Met nog 10 km naar Trinco te gaan begint de mitsubishi een raar tikkend geluid te maken. Na even gestopt te zijn blijken twee platen van de bladveer van het achterwiel gebroken te zijn. Lekker met de ondergaande zon, geen bereik en een brakke auto op deze weg maar met rustig rijden bereiken we Trinco net voor donker en bij toeval is een van de eerste zaakjes een autogarage, nou ja, een afdak waaronder wat oud ijzer ligt en wat besmeurde monteurs bezig zijn met wat busjes.

Volgens afspraak rijden we de volgende ochtend weer naar de garage om de reparatie te doen. De bladveren moeten apart gekocht worden bij een andere garage en deze blijkt geheel tegen de afspraak in vandaag dicht. Gelukkig weten de heren nog een ander zaakje die ook bladveren verkoopt en we rijden er samen met een van de monteurs heen om de dingen te kopen. Zowel ik als Irene weten niets van auto reparaties maar in dit soort landen is het gewoon je boeren verstand gebruiken en eigenwijs vertrouwen op je eigen mening. We rijden terug en de monteurs gaan aan de slag met het verwijderen van de bladveren, het op maat zagen en lassen van de nieuwe veren met de hele tijd wij als toeschouwers op twee plastic stoeltjes, uren en uren lang in de zinderende hitte! Dit is de gewoonte in Sri Lanka, want bij een andere auto zit ook de eigenaar er naast te kijken. De reden hiervoor is om te voorkomen dat de monteurs onderdelen uit je auto jatten! Wat een vertrouwen in de mens, maar het is de normaalste zaak van de wereld hier.. In de middag is de auto klaar en gelukkig kunnen we nog even van het strand genieten.

Hostel Seaway, en nucleair beach in Trincomalee
Nu ik dit stuk zit te tikken zit ik op een terras, uitkijkend over de indische oceaan in de richting van indonesie. Dit is Trincomalee en het hostel is een van de meest bizarre plekken waar ik ooit ben geweest. Sri Lanka kent met name aan de zuid en zuidwest kust de meest prachtige mini resortjes en hostels met kleine maar goed uitziende palmhutjes, onder wuivende palmbladen uitkijkend over een wit strand met blauwe zee. Trincomalee heeft die blauwe zee, die wuivende palmen en een prachtig wit en breed strand maar toch is dit hostel verre van het zojuist geschetse paradijslijke beeld.
Trincomalee ligt in het noord oosten van Sri Lanka en heeft de afgelopen decennia een moeilijke tijd gekend. Jarenlang is het de frontline geweest in de strijd tussen de LTTE en de SLA en uiteindelijk heeft de tsunami van 2004 hier alles wat nog overeind stond tot aan 2 km landinwaards weggevaagd met een 10 m hoge golf. Daarna heeft de eindstrijd tot aan 2008 de wederopbouw geremd waarin nu begin 2011 de mensen weer hun weg beginnen te vinden. Het enige echt goede hotel hier is het Nilavelli Beach Resort wat destijds in de oorlog na de tsunami al herbouwd is, wat met zijn zwembad en uitgebreide bufet een paradijsje is geworden. Je moet het dan ook boeken en dit kwam in de plannen van de daan en irene bye bye sri lanka tour niet voor. Nu zitten we dus hier in het SeaWay. Het probleem met het seaway hostel is dat het naar Sri Lankaanse smaak is gebouwd hetgeen betekend dat alle elementen van westerse gezelligheid ontbreken. De muren zijn strak geplasterd gifgroen en de vloer strak betegeld. De harde witte lichten dragen in het geheel niet bij aan de sfeer en het omgeploegde veldje ligt er ondanks de wuivende palmen nog treurig bij. De grote sfeerbepaler is de buurman welke een grote marine basis is tot aan het strand. De wachthuisjes, de grote rollen prikkeldraad en de blauw- geel gekamufleerde bunker op het strand doet meer denken aan de atlantikwal dan aan een holiday paradijs. De kers op de taart is het bordje dat de grens markeert tussen het strand van het hostel en dat van de basis: ‘Warning, Radiation Area, Entry Strictly Prohibited’ Mocht je al voor de bunker willen gaan liggen dan jaagt dat bordje van het radioactieve zand je wel weg! Bizar! Er is nog geen tourist te bekennen en we konden de manager van het hostel na een moeizame discussie overtuigen de prijs iets te verlagen. De schoonheid van de plek is dat deze plek zo mooi de overgang laat zien van de ellende naar een poging er iets van te gaan maken en de touristen industrie weer te laten draaien. We hebben dan ook geen spijt op deze plek geweest te zijn.

Sigirya Rock
Op de terugweg zijn we nog langs Sigiriya rock gereden, een grote uit het landschap stekende rots met daarop oude ruines. Veel valt er niet over te melden behalve dat we de rots niet opgeklommen zijn vanwege de belachelijke prijzen die men er vraagt, 25 euro om jezelf naar boven te hijsen in de tropische hitte. Nee bedankt! Wel leuk was het guesthousje van Lakmini, een spotgoedkoop hotelletje met een bamboe hut waar je kunt ontbijten en een prachtig uitzicht hebt op de bosrand met Sigiriya op de achtergrond. Snachts lopen naar zijn zeggen vaak groepen olifanten langs om zich te goed te doen aan de locale akkertjes.

Bye bye Sri Lanka!
De periode in Sri Lanka is afgesloten met een pittig feestje in ons apartement. ;) zie hieronder de foto's. De komende zes weekjes heb ik vakantie en samen met Irene ga ik reizen van Bangkok naar Beijing. Ik zal proberen hier wat over te schrijven maar deze stukjes tekst komen op een andere blog. Laat me weten als je deze wilt volgen dan stuur ik je een email met het adres.

Hieronder nog wat links naar fotos:

Dolphin watching trip:

https://picasaweb.google.com/Aldenbergdaan/DolphinWatching#

Sinharaja trip:

https://picasaweb.google.com/Aldenbergdaan/SinharajaJungleBook#

Farewellparty (gesensureerde versie:

https://picasaweb.google.com/Aldenbergdaan/Apr252011#

Groetjes en tot snel! 10 juni ben ik weer in Nederland.

Daan

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Daan

Vanaf eind april zal ik zeer waarschijnlijk worden uitgezonden naar Sri Lanka voor werk. Heel binnenkort meer.

Actief sinds 19 Okt. 2008
Verslag gelezen: 1925
Totaal aantal bezoekers 21840

Voorgaande reizen:

10 November 2008 - 30 November -0001

Abu Dhabi (UAE) & reis door Midden Oosten

29 April 2010 - 30 November -0001

Sri Lanka

Landen bezocht: